Weevers Mechanisatie in Swifterbant is de nieuwe dealer voor CASE IH en STEYR in de Noordoostpolder. “Het is een unieke kans die zich eerder aandiende dan we hadden verwacht”, aldus Corné en Andreas Weevers. “Maar de uitbreiding past exact in onze meerjarenvisie.”

“Heb je het al gehoord? Gaat Weevers Mechanisatie in Swifterbant het dealerschap voor CASE IH en Steyr in de Noordoostpolder invullen?” Sinds half december ging het geroezemoes al door de polder. Voor Corné en zijn broer Andreas Weevers duurde het allemaal lang genoeg voordat ze ermee naar buiten mochten treden. Allerlei zaken moeten eerst officieel geregeld worden met het moederbedrijf CNH in Italië. En dat vraagt in de regel meer tijd dan enthousiaste ondernemers zichzelf gunnen. “We zijn zo blij met de uitbreiding. En als je dan een mondelinge toezegging hebt, wil je ook direct verder”, aldus Corné.

De extra tijd die het traject vroeg, gaf hen echter ook de tijd en ruimte om de plannen goed voor te bereiden. Zo werd geïnvesteerd in een vrachtauto voor het transport van tractoren. Niet ieder onderhoud kan immers op het erf van de klant plaatsvinden. En om de klant te ontzorgen, biedt Weevers Mechanisatie een ‘haal-en-breng-service.’ Daarnaast is het verkoopteam uitgebreid met een verkoopadviseur. Levinus Matthijsse komt het team versterken. Hij kent de Noordoostpolder als zijn broekzak. Bovendien gaat Weevers Mechanisatie in een deel van de polder nauw samenwerken met De Nekker en Elzinga in Blokzijl. “Zij hebben ervaring met tractoren en kennen het deel van de polder dat grenst aan Zuidwest Overijssel heel goed. Het is dus slimmer om te gaan samenwerken.”

Rijke historie in Flevoland

Het familiebedrijf Weevers Mechanisatie heeft een rijke historie in Flevoland. Opa Cees Weevers groeide op in een ‘mechanisatie gezin’ en begon in 1956 zijn eigen mechanisatiebedrijf in Luttelgeest. Toen hij zes jaar later de kans kreeg om in Oostelijk Flevoland verder te gaan, pakte hij die met beide handen aan. En in 1981 werd de tweede vestiging geopend in Zeewolde. Ondertussen was ook zijn zoon Anton Weevers binnen het bedrijf actief. “Alle verhalen die wij kennen uit die tijd refereren aan een positieve instelling, de mouwen opstropen en altijd dicht bij jezelf én bij de klanten blijven staan.

Dat was ook het succes van het bedrijf”, vertelt Andreas. Het bedrijf floreerde in de tijd dat het crescendo met de Europese landbouw ging. Alles was ingesteld op het verhogen van de voedselproductie en de voedselzekerheid. Machines namen heel geleidelijk het werk van mensen over. Dat leidde tot een enorme schaalvergroting. En in de race om de noodzakelijke kostprijsverlaging wist de Nederlandse landbouw een enorme voorsprong op te bouwen.

“Uitbreiding van ons werkgebied is geen doel op zich, het is wél een voorwaarde”

Landbouw staat op keerpunt

De vierde generatie die nu aan het roer staat van Weevers Mechanisatie beseft maar al te goed dat de landbouw op een keerpunt staat. Onder druk van maatschappelijke inzichten en stromingen wordt nadrukkelijker ingezet op een afbouw van chemische gewasbescherming en hulpmiddelen die afhankelijk zijn van fossiele bronnen. “De bodem heeft nog nooit zoveel aandacht gehad als de laatste tijd”, signaleert Corné.

In gesprekken met klanten komen termen als bodemverdichting en biodiversiteit vaak aan de orde. Maar ook de zoektocht naar geïntegreerde teeltsystemen die de teler minder afhankelijk maakt van chemische hulpmiddelen. “Vorig jaar hebben we bijna 15 Row Guard camerasystemen verkocht. Daarmee kunnen akkerbouwers met een hoge capaciteit heel nauwkeurig mechanische onkruidbestrijding uitvoeren. Maar ook de vraag naar driftarme spuittechnieken en plaatsspecifieke bemesting en gewasbescherming neemt snel toe.”

Investeren in kennis

De komende jaren zal de vraag naar hoogwaardige technische kennis en kwaliteit toenemen. Dat verandert volgens Andreas ook de rol van het traditionele mechanisatiebedrijf. “Wil je een professionele partner blijven voor de agrarische ondernemers, dan moet je in de eerste plaats investeren in kennis. Je moet blijven bouwen aan een team van goede en zeer betrokken medewerkers. Die moeten niet alleen een reparatie kunnen uitvoeren, ze moeten ook met de ondernemer mee kunnen denken, een sparringpartner willen zijn.” Daarnaast zijn forse investeringen in technische hulpmiddelen nodig. En om die weer rendabel te kunnen maken, heeft een mechanisatiebedrijf volume nodig.

Dat kan door in het eigen werkgebied meer omzet te halen door een breder pakket machines aan te bieden, of door vast te houden aan de focus van je assortiment en het werkgebied uitbreiden. “Wij hebben enkele jaren gelden gekozen om ons te focussen op tractoren, aardappelteelt en -verwerking, grondbewerking, gewasverzorging en precisielandbouw. Daar zijn we goed in en werken we samen met betrouwbare leveranciers zoals CASE IH, STEYR, GRIMME, KUHN, DELVANO, HAK en EINBOCK. Door de kans die CNH ons biedt om uit te breiden in de Noordoostpolder kunnen we groei realiseren zonder dat we onze focus uit het oog verliezen.” Overigens is Weevers Mechanisatie voortdurend in gesprek met haar leveranciers. Het uitgangspunt daarbij is dat ze informatie uit de markt wil delen zodat de fabrikanten hun innovaties mede op de klantwensen kunnen baseren.

“Een derde vestiging kan op termijn een logische keuze zijn”

Organisatie aanpassen
De uitbreiding van het werkgebied betekent voor Weevers Mechanisatie tevens een aanpassing van het verkoopteam. Naast Levinus Matthijssen wordt het team komend voorjaar uitgebreid met Daniel van Splunter. Hij heeft veel ervaring opgedaan in de werkplaats en maakt de stap naar verkoop.  Bovendien heeft Weevers Mechanisatie te maken met een wisseling van generaties. Anton Weevers en Gijs de Jong trekken zich geleidelijk terug uit het bedrijf om plaats te maken voor jong en vers bloed. De organisatie biedt door de uitbreiding ook plaats aan een nog nieuw aan te stellen commercieel manager.

“We willen nu echt stappen gaan maken omdat we inzien dat het nodig is om in de toekomst een slagvaardig en levensvatbaar bedrijf te blijven. Als dat écht moet, zijn we 24/7 bereikbaar. Maar als onze ondersteuning kan wachten tot de volgende dag, horen we dat ook graag. Eerlijk en open communiceren is op dat soort momenten heel belangrijk. En ons motto is ook: Als wij het zelf niet doen, doen anderen het wel voor ons. En tsja…, zover willen wij het eigenlijk niet laten komen.” En om antwoord te geven op de logische vraag die Corné en Andreas de laatste weken vaak gesteld krijgen: ‘Gaan jullie ook een vestiging openen in de Noordoostpolder’ is het antwoord duidelijk: “Als dat van toegevoegde waarde voor onze klanten waarde blijkt te zijn, dan is dat een logische keuze.”